Gelukkig ongelukkig

donderdag 21 mei 2015
ongelukkig
Ik kijk naar de scheur in mijn broek, de losse draadjes. “In je hoofd ja,” denk ik. Waarom moet het toch altijd zo moeilijk. Ik ben zo kwaad op mezelf. Hoe kan iemand die gelukkig is, zich toch zo voelen? Waarom kan ik niet gewoon blijven doen alsof?

“Gaat het?” vraagt ze bezorgd. Ik probeer te knikken maar mijn lichaam protesteert. Het is alsof het zegt: “Houd op met liegen. De maat is vol.” De innerlijke worsteling is van mijn gezicht af te lezen. Ze pakt mijn blote knie vast en knijpt er zachtjes in. “Je kan me altijd alles vertellen hè.”

Mijn blik ontwijkt de hare. Ik durf haar niet in de ogen te kijken. Ik wil de schijn nog éven ophouden, voor zo lang het duurt. Buiten zie ik hoe de vogels hun vrijheid vinden in de immense blauwe lucht. Misschien is dit wel het moment om ook mijzelf te bevrijden uit de greep van de leugens die ik mezelf nu al maanden voorhoud.

Voorzichtig maak ik oogcontact en als ik de bezorgde blik in haar ogen zie, breek ik. Het snikken wordt al snel huilen. Zo snel als de tranen komen, komen ook de woorden. Ik vertel en ik vertel. Over dat ik zó gelukkig ben en alles wat ik me kan wensen heb, maar ook over dat knagende gevoel van ongeluk. Over mijn twijfels, maar ook over mijn dromen. “Ik ben gelukkig ongelukkig,” snik ik. Ze knijpt weer zachtjes in m’n knie en lacht dan lief. Het snikken stopt, voor het eerst in maanden voel ik me begrepen.

Het hoge woord is er uit. Ik kan eindelijk weer adem halen.