Date ongemakken

dinsdag 24 maart 2015
date
Het is hun eerste date. Zij kwam vijf minuten te laat, maar dat maakt hem niet uit. Ze stelt zich voor en gaat naast hem zitten. Ongemakkelijk praten ze over de bank waar ze op zitten, want die zit best lekker. Wel ongemakkelijk overigens. Ze hangt in een houding die tussen liggen en zitten in zit en ze zitten best dichtbij zo, maar dat zegt ze er niet bij.

Hij begint over Tinder, want dat is allemaal best gek eigenlijk. Eerst een match, lekker een beetje chatten en een week later zitten ze hier, samen op de bank. Ze lacht ongemakkelijk. Dan valt er een doodse stilte. Gelukkig komt omdat moment de serveerster aan.

Of ze wat wil drinken, ze twijfelt. Rode wijn, witte wijn? Überhaupt alcohol? Of gewoon een muntthee. Nee, dan denkt hij vast dat ze er zo een is. Het is immers acht uur geweest, dan mag het. Toch maar een wijntje dan. Een witte, want van rode wijn krijgt ze paarse lippen en gele tanden. “Doe maar een witte wijn” zegt ze met een giechelend lachje er achter aan. Hij bestelt en kijkt dan naar haar. Ze lacht nog een keer, ongemakkelijk.

Het blijft stil en zijn hoofd komt steeds dichterbij. “Het is pas half negen. We zitten hier net en hij wil nu al zoenen?” De paniek slaat toe en op het moment dat hij zijn lippen op de hare wil drukken, schiet ze naar achter en vraagt: “Wat heb jij eigenlijk gestemd?” Verward van wat net gebeurde schuift hij iets naar achter. Hij strijkt zijn hand door zijn haar en zegt dat hij niet gestemd heeft. “Vergeten.”

Fel springt ze in de aanval en vertelt over het belang van stemmen. “En als je dan geen flauw benul hebt wat je moet stemmen, of je bent het er niet meer eens, dan stem je maar blanco.” Ze is al jaren lid van GroenLinks en zet zich heel actief in voor de partij. “Ja ach, ik had een kater. Heb de hele dag in bed gelegen.” Hij zet zijn studentikoze accent nog wat dikker aan, strijkt opnieuw zijn donkere gekamde haar naar achter en glimlacht. Zij, daarentegen, laat zich niet zo makkelijk inpakken. Voordat er opnieuw een enorme monoloog over het belang van stemmen aankomt, wordt ze onderbroken door de serveerster. “Reddende engel”, denkt hij.

Geërgerd neemt ze een slok witte wijn. Hij probeert nog eens lief te lachen, maar zo makkelijk is ze niet. Ze neemt er nog een. “Heb je verder nog hobby’s, naast GroenLinks dan?” en hij lacht. Ze vertelt enthousiast over haar studie Religiewetenschappen en over haar rondreis door Israel.

Ze praat en praat maar door, terwijl hij denkt aan hun leuke Tindergesprekken en hoe veel daar nu nog van over is. “En jij?” vraagt ze plots. Hij schrikt op en vertelt over zijn studie rechten. Dat hij dat is gaan doen, omdat hij niet wist wat hij moest gaan doen. Advocaat worden leek hem wel wat, veel geld verdienen en zo. Hij zou dan kunnen gaan werken bij z’n pa op kantoor. “Lijkt me wel prima en verder beetje pilsjes drinken op de soos.”

Ze denkt aan hun leuke Tindergesprekken en hoe veel daar nu nog van over is. Ze glimlacht nogmaals ongemakkelijk, drinkt haar vierde wijntje op en ze zegt dat ze moet gaan. “Omdat het nu al half elf is geweest en zo, morgen weer college.” Dat het morgen zaterdag is realiseert hij zich ook heel goed. Ze geeft hem drie ongemakkelijke zoenen en vertrekt.

Die zien we nooit meer te-rug.